Aandoening: mannenproblemen (2)

Aandoening: mannenproblemen (2)

Je zult het maar hebben: prostaatklachten

Over de prostaat kun je veel schrijven. Van goedaardige prostaathyperplasie en prostatitis tot prostaatkanker. In deze blog schrijf ik uitgebreid over goedaardige prostaathyperplasie omdat dit het meest voorkomende probleem bij mannen ‘op leeftijd’ is. Een ander woord voor ‘goedaardig’ is ‘benigne’ en hyperplasie betekent ‘vergroting’. De kwaadaardige vorm (maligne) komt korter aan bod en prostatitis laat ik rusten. Goedaardige prostaatvergroting is een typische mannenklacht die vooral optreedt na de leeftijd van 50 jaar en tot allerlei ongemakken leidt, met name vaker plassen in de nacht (nycturie). Volgens de reguliere medici is de oorzaak onbekend, maar orthomoleculairen denken daar heel anders over. Eerst maar eens de structuur aanbrengen in deze blog. Ik wil het volgende behandelen:

A. Goedaardige prostaathyperplasie (BPH)

1. Wat is de (functie van de) prostaat?
2. Wat zijn de symptomen van een vergrote prostaat?
3. Wat is de reguliere medische behandeling?
4. Wat is volgens orthomoleculairen de reden voor een vergrote prostaat?
5. Wat is de orthomoleculaire aanpak?

B. Prostaatkanker

1. Wat is prostaatkanker?
2. Wat zijn mogelijke orthomoleculaire remedies?

 

A. Goedaardige prostaathyperplasie (BPH)

1. Wat is (de functie) van de prostaat?

Je prostaat bevindt zich vlak onder de blaas en omgeeft de plasbuis. Deze voornamelijk exocriene klier produceert extra vocht in het sperma dat aan de zaadcellen wordt toegevoegd. Dit vocht levert extra bewegingsenergie aan de zaadcellen waardoor ze beter kunnen ‘zwemmen’ en draagt wat bij aan zuurneutralisatie. Bij jonge mannen heeft de prostaat de omvang van een walnoot. De prostaat is te omschrijven als een olijfvormig en enigszins week orgaan en is door de positie in het lichaam lastig te benaderen. Hij ligt namelijk pal onder de blaas, boven de bekkenbodemspieren, achter de onderzijde van het schaambeen en om het eerste deel van de plasbuis heen. Als je een prostaat onder een microscoop zou leggen, zie je dat die voor 70% uit klierweefsel en 30% uit spierweefsel bestaat. Het werkt dus als een vloeistofreservoir voor sperma en als een pomp bij ejaculatie. In oude medische boeken kom je trouwens ook de naam ‘voorstandersklier’ nog tegen.

2. Wat zijn de symptomen van een vergrote prostaat?

Zoals gezegd beperk ik me vooral tot goedaardige prostaatvergroting, alhoewel er ook bij prostaatkanker sprake kan zijn van dezelfde symptomen door de tumorgroei. In medisch jargon heet een goedaardige prostaatvergroting ‘benigne prostaathyperplasie’ of afgekort BPH. Een vergrote prostaat beïnvloedt je urineren. De aandoening komt vaker voor naarmate mannen ouder worden, met name na de leeftijd van 50 jaar; zo’n 50% van mannen boven die leeftijd heeft er last van. De exacte oorzaak is volgens reguliere medici niet bekend. Men denkt dat de verandering in grootte voornamelijk op gang wordt gebracht door hormonen, met name testosteron. Dit is merkwaardig, want de hoeveelheid testosteron neemt af naarmate we ouder worden. Hoe kan testosteron dan verantwoordelijk zijn voor vergroting? Ik kom er later op terug.

Naarmate de prostaat groter wordt, drukt de klier de plasbuis geleidelijk meer samen en blokkeert zo de urinestroom. Daardoor raakt de blaas bij het plassen niet volledig geleegd. Het gevolg is dus dat er steeds urine in de blaas achterblijft, waardoor je gevoeliger wordt voor nierstenen en urineweginfecties. Aanhoudende belemmering van de urinebuis kan zelfs leiden tot nierschade. Ook kan een vergrote prostaat zo tegen de onderkant van de blaas drukken, dat de blaasinhoud drastisch afneemt en je dus (nog) vaker moet plassen; er is domweg te weinig ruimte voor een normale hoeveelheid urine. Terzijde: vrij verkrijgbare antihistaminica bij de drogist, zoals hooikoortstabletten en neussprays kunnen ook de weerstand van de urinestroom verhogen of het vermogen van de blaas om samen te trekken verminderen. Als je dan ook al last hebt van prostaatvergroting, wordt het probleem alleen maar erger.

Het eerste symptoom van een vergrote prostaat is dat de urinelozing moeilijker op gang komt. Je kunt niet direct beginnen met plassen. Soms heb je ook het gevoel dat je niet alles hebt uitgeplast. Aangezien er steeds urine in de blaas achterblijft, moet je vaker plassen, vaak ’s nachts. Ook wordt de aandrang om te urineren steeds sterker. De hoeveelheid urine en de kracht van de straal kunnen merkbaar afnemen en soms is er sprake van nadruppelen. Deze symptomen noemt men bij elkaar wel ‘lower urinary track symptoms’ (LUTS). Slechts een klein aantal mannen heeft (op den duur) last van een verhoogde druk op de urinewegen dat tot nierschade kan leiden. Bij aanhoudende belemmering van de urinewegen kan er een te grote druk op de blaas komen te staan die daardoor overmatig wordt opgerekt. Het gevolg is dat er overloopincontinentie ontstaat (het onwillekeurig verlies van kleine beetjes urine) en dat de verhoogde druk van de blaas ook leidt tot een verhoogde druk op de kleine aderen in de blaas en plasbuis. Die aderen kunnen dan barsten met bloed in de urine als gevolg, zeker als je hard gaat persen om de urine eruit te krijgen. Bij een volledige blokkade moet er direct worden ingegrepen en is er sprake van een ernstige pijn in de onderbuik.

3. Wat is de reguliere medische behandeling?

Een arts zal eerst via de anus en endeldarm voelen of de prostaat vergroot en/of pijnlijk is. Soms wordt er wat bloed afgenomen om de nierfunctie te controleren. Ook wordt gekeken naar het gehalte prostaatspecifiek antigeen (PSA) in het bloed. Daarnaast kan de urine worden onderzocht op infecties of de nierfunctie. Soms is aanvullend onderzoek nodig in de vorm van een echo of met een katheter. Zijn de klachten relatief beperkt, dan vindt er geen behandeling plaats. Is er sprake van hinderlijke consequenties, met name het veelvuldige plassen, dan zet men vaak medicijnen in. De meest bekende medicijnen zijn zogenaamde alfa-adrenerge receptorblokkers (alfablokkers) met namen als alfuzosine, doxazosine, silodosine of tamsulosine. Deze middelen verslappen sommige spieren van de prostaat en de blaas en daardoor kan de uitstroom van urine makkelijker worden. De meest voorkomende bijwerking van tamsulosine is een afname van het ejaculatievolume (afhankelijk van de dosis) of zelfs het totaal blokkeren ervan. Dat komt omdat tamsulosine de alfareceptors blokt die zowel in de blaashals maar ook op de zaadblaasjes zitten. Daarnaast leidt het gebruik van tamsulosine vaak tot duizeligheid, maag-darmproblemen en hartritmestoornissen. En dan te bedenken dat het effect van medicamenteuze behandeling bij plasklachten zeer beperkt is. Gebruik je dit medicijn, dan kun je beter overstappen op één van de andere medicijnen, bij voorkeur alfusozine. Bespreek dit vooral met je huisarts of uroloog.

Een minder vaak voorkomende aanpak is de inzet van finasteride dat in een lagere dosering ook wordt gebruikt om haarverlies te remmen. Dit medicijn remt de werking van het enzym 5-a-reductase dat verantwoordelijk is voor de omzetting van testosteron in dihydrotestosteron. Dit enzym treffen we overigens niet alleen aan in de prostaat, maar ook in de hersenen. Door finasteride zou het volume van de prostaat afnemen, maar dan moet je het wel minimaal drie maanden slikken. In feite is dit een hormoonbehandeling. De resultaten zijn echter matig te noemen. Daarnaast liegen de bijwerkingen van finasteride er niet om: afname van het libido, verminderde opwinding, uitblijven orgasmes en erectiestoornissen. Deze bijwerkingen bleven tussen de 40 maanden en 72 maanden (!) bestaan nadat met de medicatie was gestopt.

Krijgt je uroloog de klachten niet onder controle, dan komt operatief ingrijpen om de hoek kijken. De meest voorkomende operatie is transurethrale resectie van de prostaat (TURP). Hierbij wordt via de plasbuis een deel van de prostaat weggenomen. Meestal wordt de patiënt verdoofd met een ruggenprik en neemt de chirurg weefsel weg. TURP kan leiden tot complicaties zoals een infectie of bloedingen. Zo’n 5% van de mannen die deze ingreep ondergaan heeft daarna last van urine-incontinentie van tijdelijke aard. Blijvende incontinentie doet zich bij 1% van de mannen voor. Ongeveer 5-10% van de mannen krijgt daarna blijvende erectiele disfunctie (het niet meer kunnen krijgen van erecties) en raakt daardoor impotent. En helaas moet bij ongeveer 10% van de mannen binnen vijf jaar de ingreep worden herhaald. Er zijn nog diverse andere chirurgische methoden mogelijk, zoals met laser, ballonnetjes, verhitting door microgolven, geluidsgolven of elektrische vaporisatie.

Het is overigens geen misdaad als je voor de korte termijn alfablokkers slikt om de symptomen te bestrijden. Als je maar de grondoorzaak gaat aanpakken. En dat is een heel andere dan je wellicht verwacht…

4. Wat is volgens orthomoleculairen de reden voor een vergrote prostaat?

Ik weet niet of het je is opgevallen, maar de reguliere medici en de aanpak met medicijnen is vooral gericht op het bestrijden van de symptomen (spierverslappers) of op het blokkeren van het hormoon (dihydro-)testosteron. Nu heb ik altijd geleerd dat de testosteronproductie afneemt naarmate mannen ouder worden. Je zou dus verwachten dat een afname van testosteron leidt tot prostaatvergroting en een toename tot prostaatnormalisatie. In die logica is het dus op zijn zachtst gezegd bevreemdend dat een deel van de medicinale interventies (finasteride) gericht is op het blokkeren van de omzetting van testosteron in dihydrotestosteron. Die andere genoemde medicijnen worden vooral ingezet om receptoren in glad spierweefsel te blokkeren, waardoor de spierspanning vermindert. Dat zijn dus meer symptoombestrijders. Daarnaast bevorderen deze alfablokkers mogelijk (!) apoptose van prostaatcellen; een soort mini-chemokuurtje. Kortom: beide soorten medicijnen zijn nu niet bepaald behulpzaam bij het aanpakken van de grondoorzaak.

Orthomoleculairen zitten op een totaal ander spoor. Wordt prostaatvergroting dan niet door testosteron, dihydrotestosteron of oestrogeen veroorzaakt? Volgens orthomoleculairen hooguit een beetje, maar zeker niet als belangrijkste grondoorzaak. Er is namelijk één hormoon wat in 80% van de gevallen wel een rol speelt in BPH en dat is insuline![1][2] Insuline? Dat hormoon wat je alvleesklier maakt om je bloedsuikerspiegel te reguleren? Ja! Ik ga het je stap voor stap uitleggen.

Even een minicursus hormonen: orthomoleculair gezien komt de groei van de prostaat dus vooral door hormonen. Er zijn twee groepen hormonen: anabole en katabole. Anabool staat voor alles wat te maken heeft met opbouwen en groeien. Katabool staat voor alles wat met verminderen en afbreken te maken heeft. Je hebt bijvoorbeeld het katabole effect nodig om voeding af te breken in kleine stukjes, in dit geval door enzymen. Vervolgens zorgt het anabole effect voor het maken van nieuw weefsel van deze bouwstenen. Als je prostaat groeit, is er dus sprake van een anabool effect. En welk voedingsmiddel heeft de meeste anabolen in zich? Melk! Daarom groeien kalfjes ervan. En over welke hormonen heb ik het dan? Ik noem er een paar: prolactine, oestrogeen (wat indirect ook de afgifte van prolactine stimuleert), androgenen zoals testosteron en dihydrotestosteron (een krachtige metaboliet van testosteron), cortisol, insuline, groeihormoon IGF-1 (insuline-like-growth factor) uit de lever en progesteron.

Leefstijl

Het eerste wat orthomoleculairen dus zeggen, is dat prostaatgroei komt door je dieet en leefstijl. Ik heb het dan met name over de (overmatige) consumptie van melk, kaas en andere zuivelproducten. Hetzelfde geldt voor eidooiers. Waarom? Omdat die voeding vol groeihormonen zit. Aan dit rijtje voeg ik dan maar gelijk voeding toe die zorgt dat je insulineproductie toeneemt: suikers en koolhydraten. Tenslotte hebben we voeding die iets doet met oestrogeen, het vrouwelijke hormoon dat mannen ook in mindere mate hebben. Plantaardige producten die gemaakt zijn van soja (shakes!) en bespoten groenten hebben een oestrogeen-imiterende werking. Vergeet ook de onstekingsbevorderende plantaardige oliën niet.

Laten we eerst even inzoomen op het belangrijkste hormoon voor prostaatgroei: insuline.

Insuline[3]

Je prostaat is een klier en groeit door hormonen. Insuline is een van de belangrijkste groeihormonen van ons lichaam. Als je dus een levensstijl hebt waardoor je grote hoeveelheden koolhydraten verorbert, dan heb je dus ook hoge niveaus van insuline nodig (hyperinsulinemie). Wat merk je daarvan? Niets! Je bloedsuikerspiegel is op orde, dus je dokter denkt niet dat er sprake is van hyperinsulinemie (verhoogde insuline). Het wordt gewoon domweg niet gemeten. Ik zal het proberen simpel uit te leggen. Je bloedsuikerspiegel kun je vergelijken met de temperatuur die je ingesteld hebt in je auto; in mijn geval 22 graden. Als het buiten vriest, moet mijn kachel extra zijn best doen om die temperatuur vast te houden. En andersom; als het buiten 32 graden is, moet mijn airco hard werken om die 22 graden te bereiken. Zo gaat het met insuline ook. Als je je bloedsuiker meet (in deze metafoor de temperatuur van de auto) en die is op orde, dan weet je niet hoe hard je kachel of airco heeft moeten werken om die 22 graden te bereiken. Dan zou je die apart moeten doormeten. Zo ook met insuline. Je bloedsuiker kan keurig op orde zijn, maar je weet niet hoeveel insuline je alvleesklier heeft moeten aanmaken om dat voor elkaar te krijgen. De enige manier om daarachter te komen, is het meten van de insuline zelf (door middel van een C-peptidetest). Want juist die enorme hoeveelheid insuline zorgt voor prostaatgroei.[4] Die grote hoeveelheden insuline binden zich aan receptoren met de naam IGF-1, die direct betrokken zijn bij de groei en vermenigvuldiging van cellen in je prostaat. Na jaren van hyperinsulinemie eindig je dus met een prostaat die uit veel meer en veel dikkere en vettere cellen bestaat.[5] Overigens is er ook een verband tussen hyperinsulinemie, goedaardige prostaatvergroting en hoge bloeddruk.[6] En als je niet drastisch je leefstijl aanpast, eindigt hyperinsulinemie dan ook in diabetes type 2.

Andere hormonen

Oestrogeen

Spelen andere hormonen dan helemaal geen rol? Dat zou ik niet durven zeggen. Oestrogeen is bijvoorbeeld een ander anabool hormoon dat leidt tot orgaangroei. Zo is bekend dat een ongunstige verhouding tussen oestrogeen en testosteron niet bevorderlijk is voor een normale prostaat. Naarmate mannen ouder worden, daalt het testosteronniveau en daardoor wijzigt ook de ratio testosteron-oestrogeen. Het is niet altijd het oestrogeen dat stijgt, maar soms alleen de afname van testosteron dat de ratio wijzigt. Want als testosteron de oorzaak zou zijn, dan heeft iedere man van 18 jaar een vergrote prostaat en elke oudere man een normale prostaat. Het tegendeel is waar.  Testosteron als oorzaak kunnen we dus gewoon uitsluiten.

De omzetting van oestrogeen in testosteron (en andersom) gebeurt door het enzym aromatase dat zowel door je testikels als door je vetcellen wordt aangemaakt. Overmatige oestrogeen leidt tot prostaatgroei. Dus prostaatgroei komt enerzijds door een afnemend (!) niveau testosteron en anderzijds door een toegenomen niveau oestrogeen. Of omdat de verhouding is veranderd. Helaas valt de hoeveelheid oestrogeen in je prostaat niet te meten, omdat die onafhankelijk is van je bloedwaarden. Oestrogeen verhoogt ook het gehalte groeihormoon prolactine, een hormoon dat eveneens voor prostaatgroei kan zorgen. Waar komt oestrogeen bij mannen vandaan? Zo’n 20% komt uit de testikels en 80% (!) komt uit je hersenen, je huid, je botten en vooral je vetweefsel. Dus hoe meer vet je hebt, hoe meer oestrogeen je maakt. En laat nu je prostaat over oestrogeenreceptoren beschikken…

Aromatase is het enzym dat testosteron omzet in oestrogeen. Als je in staat bent om dat enzym te remmen, rem je dus ook de omzetting naar oestrogeen. En dat komt je prostaat ten goede, want die is meer gebaat bij testosteron en minder bij oestrogeen. Waarom neemt de hoeveelheid aromatase toe? Door veroudering, door gewichtstoename, door alcoholgebruik, door het gebruik van volkoren granen en door een toename van insuline (ja, daar komt het weer!). Insulinetoename is dan ook de reden dat mannen die veel koolhydraten eten of diabetici ook de meeste prostaatproblemen hebben.

Dihydrotestosteron

Dan hebben we nog de rol van dihydrotestosteron (DHT) dat je lichaam met behulp van 5-alfa-reductase maakt van testosteron. Over deze omzetting ging het toen ik schreef over het medicijn finasteride. Het bleek al niet zo effectief te zijn, zoals je hebt kunnen lezen, maar nu is er ook onderzoek geweest waarin 114 mannen ouder dan 50 jaar zonder prostaatziekte gedurende 24 maanden DHT-therapie (lees: extra DHT) kregen om de effecten daarvan te onderzoeken. Het effect op prostaatgroei? Nul.[7] Het remmen van dihydrotestosteron is dan ook niet zo relevant voor het prostaatprobleem. Wel nam vreemd genoeg de botdichtheid van de wervelkolom tijdens het onderzoek af. Eens te meer een reden om niet snel aan de slag te gaan met het innemen van hormonen.

Zinktekort

Een gebrek aan zink leidt tot een vergrote prostaat. In het vervolg kom ik op de onderbouwing terug. Hier wil ik alleen benadrukken dat je zinkinname te laag kan zijn om de volgende redenen:

  • Te lage consumptie van rood vlees of orgaanvlees;
  • Te weinig inname van mineralen door geen zeevruchten te eten;
  • Te hoge consumptie van volkoren granen die door middel van fytinezuur de opname van zink blokkeren;
  • Te hoge consumptie van suikers blokkeren door middel van insuline de zinkopname;
  • Te hoge consumptie van alcohol.

De gevolgen van een zinktekort zijn een verlaagd libido, verlaagd testosteron, verminderd aantal spermacellen, vergrote prostaat en een zwakke urinestroom. In de praktijk zien we deze symptomen vaak samen optreden bij BPH.

Medicijnen

Het gebruik van maagzuurremmers als omeprazol of pantoprazol en dergelijke zorgt voor een tekort aan voedingsstoffen in het algemeen en zink in het bijzonder. Dat is nergens goed voor en zeker niet voor een vergrote prostaat. Ook statines helpen je niet echt bij prostaatproblemen omdat statines cholesterol blokken dat je hard nodig hebt om je (dalende) testosteron op peil te houden. Zonder cholesterol geen testosteron. Zonder testosteron een vergrote prostaat.

5. Wat is de orthomoleculaire aanpak?

Zoals je hierboven hebt kunnen lezen, is de belangrijkste reden voor prostaatgroei de productie van te veel insuline. Logischerwijs heeft de beste aanpak voor het verkleinen van je prostaat dan ook te maken met het aanpassen van je leefstijl c.q. dieet.

Leefstijl

Als je met een vergrote prostaat tobt, is de eerste stap om zoveel mogelijk koolhydraten uit je menu te schrappen. Ik heb het dan over suikers in allerlei vormen, suikers uit fruit (bananen, druiven, kersen, ananas, enzovoorts) en zetmelen uit granen (brood, pasta, rijst, gebak, koek). Je insulineproductie moet namelijk naar beneden. De essentie is: voorkom dat je bloedsuikerspiegels pieken waardoor je insulineproductie op gang komt. Terzijde: hoge insulineniveaus hebben ook allerlei negatieve effecten op andere weefsels in het lichaam en kunnen zelfs tumorgroei stimuleren. In feite komt dit dieet neer op ketogeen eten. Ga maar eens zoeken op Internet wat dit betekent voor je menu. Dat geldt trouwens te meer als je ook nog aan de zware kant bent.[8] Het doel is duidelijk: breng je insulineproductie naar beneden. Er zijn lijsten te vinden waarin per product staat welk effect ze op je glycemische index hebben. En als je bang bent te verhongeren: eet vet(ter). Probeer ook eens om 18 uur zonder een maaltijd te leven. Praktisch betekent dat om 18.00 uur eten en dan de volgende dag om 12.00 uur pas te gaan lunchen, zeker als je ook overgewicht hebt.

Vermijd ook alle sojaproducten, voornamelijk omdat dit de balans tussen oestrogeen en testosteron verandert ten gunste van oestrogeen, je weet wel, het hormoon waardoor mannen ‘borsten’ krijgen. En zoals je hebt gelezen is een teveel aan testosteron niet de oorzaak van de problemen. Oestrogeen daarentegen wel.

Verwijder ook alle vetarme (zuivel-)producten uit je dieet en eet alleen volvette zuivel, maar wel zo min mogelijk vanwege het aanwezige groeihormoon. Volle kaas, volle yoghurt, roomboter, ghee, allemaal prima, maar als je prostaat al vergroot is, kun je ze maar beter laten staan. "Je schrijft ‘volle’. Bedoel je geen ‘magere’?" Nee, want vet bevat cholesterol. En laat dat nu de grondstof zijn van testosteron! Vet is dus prima en noodzakelijk voor voldoende geslachtshormonen (geldt ook voor vrouwen). Behalve die ontstekingsbevorderende plantaardige oliën; die kun je maar beter helemaal mijden. Dat geldt eigenlijk voor iedereen maar zeker voor mannen die een ontstoken en/of vergrote prostaat hebben. Eruit met die plantaardige olie; daar smeerden ze vroeger machines mee. Wil je frituren? Gebruik dan ossenwit. Wil je braden? Gebruik dan roomboter. Wil je wokken? Gebruik dan geklaarde boter of ghee. En voor koude bereidingen gebruik je olijfolie. Wil je boter op je brood? Gebruik dan roomboter en koop nooit margarine, halvarine of andere bak- en braadmiddelen meer. Zo simpel om te doen.

Regelmatige consumptie van kruisbloemige groenten als bloemkool, kool, broccoli, rucola, tuinkers, paksoi, en spruitjes remmen de werking van aromatase. Ook witte champignons (gebakken) verlagen het enzym aromatase. Dus zorg dat je regelmatig groenten van deze familie eet.

Eet rood vlees! 'Wat? Daar krijg je toch darmkanker van?' Dacht het niet. Het risico stijgt ‘slechts’ van 5 naar 6%. Maar ondertussen laat menigeen rood vlees liggen om die reden. Spijtig, want laat rood vlees nu een van de beste bronnen van zink zijn. Zeker vlees van gras gevoerde, biologische koeien. En zink is essentieel voor een gezonde prostaat. Weet je trouwens wat je zinkopname enorm frustreert? Volkoren granen die vol fytinezuur zitten. Dus je mag gerust een volkoren boterham eten, maar pas op voor een overmaat. Terzijde: als je denkt dat je dit moet eten voor vezels: er zit slechts 7% vezels in. Dan is groente een betere manier. Om zink te absorberen uit voeding heb je ook voldoende (geconcentreerd) maagzuur nodig. Dus als je boven de 50 bent, zit daar ook nog een aandachtspunt, zeker als je ook nog die zeer schadelijke maagzuurremmers slikt.

Verwacht overigens niet dat je klachten binnen een paar weken gaan afnemen. Je hebt er jaren over gedaan om een vergrote prostaat te krijgen. De afname duurt zeker maanden tot een jaar. Want zoals insuline je prostaat als katalysator heeft vergroot, zo heb je dus ook lage insulineniveaus nodig om te zorgen dat de nieuwe cellen van je prostaat de normale grootte hebben. Je hebt de klachten niet van de ene op de andere dag gekregen, dus zullen ze ook niet van de ene op de andere dag weggaan.

Samengevat, als je prostaatproblemen hebt:

  • Beperk de inname van volkoren granen, suikers en zetmeel  (koolhydraten) om je insulinespiegels naar beneden te krijgen;
  • Vermijd melk, kaas en eieren;
  • Vermijd plantaardige oliën;
  • Vermijd sojaproducten;
  • Eet dierlijke vetten, ook verzadigde;
  • Eet rood vlees;
  • Eet kruisbloemige groenten als koolsoorten, broccoli, enzovoorts;
  • Eet minder vaak.

Supplementen

Zaagpalm, pompoenpitolie of -extract, brandnetelwortelextract en groene thee(-extract)

Bovenstaande supplementen worden het vaakst genoemd op Internet. Sommige mannen melden uitstekende resultaten door het gebruik van supplementen als zaagpalm (saw palmetto), extracten of oliën van pompoenpitten, brandnetelwortelextract of extracten van groene thee. Wetenschappelijke studies onderbouwen deze werking echter niet. Toch past hier een kanttekening: als in deze onderzoeken de genoemde supplementen zijn gebruikt zonder het dieet aan te passen, zou het weleens kunnen zijn dat de gunstige effecten van deze supplementen verloren zijn gegaan door de consumptie van bijvoorbeeld suiker of melk. Dus helemaal als waardeloos bestempelen, lijkt mij te kort door de bocht. Het is namelijk erg moeilijk om het effect van supplementen wetenschappelijk te onderzoeken, zonder ook andere variabelen erin te betrekken. Of juist variabelen uit te sluiten. Dus als sommige mannen ‘zweren’ bij deze supplementen, dan kan dit voor hen individueel zeker zo zijn. Maar je dieet blijft gewoon 80% (insuline!) van de oplossing en de rest bereik je wellicht met deze of de volgende supplementen. Over welke heb ik het dan verder?

Citroenen

Wat kan aromatase verlagen of remmen? Het beste middel om aromatase te remmen is citroenschil! Blijkbaar zitten er een aantal stoffen in die niet alleen aromatase remmen, maar ook allerlei andere gezonde effecten heeft. En niet alleen voor de prostaat. De schil heeft zelfs meer voedingswaarde dan het sap. Let wel op dat je onbespoten citroenen gebruikt. Of borstel ze langdurig schoon onder de kraan. Doe de citroen met schil en al in de blender, voeg een glas water toe en mix de hele substantie 30 seconden. Je kunt er eventueel nog een handje bosbessen bij doen. Voeg er wat honig aan toe of wat druppels Stevia en voilà; je eigen ‘natuurlijke shake’ voor prostaatproblemen. Zelfs als je prostaatkanker hebt bijzonder nuttig.[9]

Maca

Maca noemt men ook wel Peruaanse ginseng. In het bijzonder gaat het over de wortel van de plant. De plant is lid van de familie van kruisbloemigen, waaronder ook broccoli en spruitjes vallen. Maca bevat grote hoeveelheden aan mineralen, vitamine B, enzymen, magnesium en essentiële aminozuren. Er zijn drie kleuren: geel, rood en zwart. Maca schijnt een remmend effect te hebben op aromatase. Ik heb er echter geen wetenschappelijk onderzoek naar kunnen vinden.

Moringa

Moringa wordt ook wel de wonderboom genoemd. Het supplement is goed onderzocht in relatie tot het verminderen van zowel de omvang als het gewicht van de prostaat. Het verlaagt de PSA-niveaus met 45% en verbeterde indirect dus ook de urinestroom. Het kruid is zowel toepasbaar als je prostatitis, BPH of prostaatkanker hebt. Uit studies bleek dat het gewicht van de prostaat in vier weken met 20% was afgenomen. Tevens bleek het eigenlijke weefsel met 66% af te nemen; serieuze cijfers! Belangrijk ook omdat een te grote prostaat snel nieuwe, gezonde cellen nodig heeft om kleiner te worden. En dat alles werd bereikt in vier weken met een dosis van 500 mg per dag. Volgens uroloog dr. Melissa Gallagher komen deze effecten doordat Moringa ontstekingsremmend is en ontstekingen liggen vaak ten grondslag aan prostaatproblemen. Daarnaast heeft Moringa antioxidatieve en antikanker eigenschappen.[10] Bij elkaar zouden al deze eigenschappen leiden tot de genoemde effecten. Ik heb er geen ervaring mee, maar het is potentieel kanshebbend.[11]

Zink

Er is een duidelijk verband tussen de zinkstatus en de gezondheid van de prostaat. Zo blijkt dat mannen met prostaatkanker of BPH een significant lagere zinkstatus hebben dan mannen zonder die problemen. De prostaat is de klier die de meeste zink bevat. Als je je bloedspiegel zink weet en die wijkt niet af, dan zegt dit nog niets over de zinkstatus van je prostaat. Een gezonde prostaat bevat ongeveer 744 microgram zink, een vergrote prostaat ongeveer 486 microgram, een ontstoken prostaat (prostatitis) 470 microgram en bij een prostaat die door kanker is aangetast 273 microgram. Er is dus een verband tussen zink en de gezondheid van je prostaat. En nee, dat zie je dus niet (altijd) aan je bloedspiegels. Kijk maar eens naar deze meta-analyse[12] of dit onderzoek.[13] Zink is ook een natuurlijke DHT-remmer doordat het 5-alfa-reductase remt. In die zin is het ook wel logisch dat mannen met een laag testosteron een laag zinkniveau hebben omdat 5-alfa-reductase niet wordt geremd en er te veel testosteron wordt geconverteerd in DHT. Als je dan ook nog weet dat zink cruciaal is voor vruchtbaar sperma, dan snap je waarom zink in deze blog staat. Het is dus zinvol om zink te slikken bij prostaatproblemen, maar slik dit nooit alleen. Want zink is een antagonist van bijvoorbeeld koper. Laat je adviseren over wat voor jou de slimste keuze is.

Lycopeen

Lycopeen is de kleurstof waardoor tomaten, watermeloenen en rozenbottels rood kleuren. De hoogste concentratie zit in watermeloen. Af en toe een klein blikje tomatenpuree op je brood smeren (met wat komkommer erop) is een praktische manier om je lycopeengehaltes te stimuleren.

B. Prostaatkanker

1. Wat is prostaatkanker?

Prostaatkanker is een kwaadaardige woekering van cellen en is volgens mijn medische boeken de meest voorkomende vorm van kanker bij mannen in Nederland en de Verenigde Staten. En de op een na belangrijkste oorzaak van sterfte door kanker. De kans om prostaatkanker te ontwikkelen neemt met de leeftijd toe en is groter onder mannen van negroïde of Latijns-Amerikaanse afkomst, mannen bij wie de ziekte ook in de familie voorkomt en mannen die een behandeling met testosteron hebben ondergaan. Een prostaattumor groeit over het algemeen vrij traag en leidt soms pas na tientallen jaren tot symptomen. Er zijn dus veel meer mannen die prostaatkanker hebben (zonder het te weten) dan die eraan overlijden. Soms is er sprake van een agressieve vorm. De oorzaak is niet bekend.

Pas als de tumor een bepaalde grootte heeft bereikt, treden dezelfde symptomen op zoals je die ook hebt bij een goedaardige prostaathyperplasie: problemen met urineren of bloed in de urine. Bij sommige mannen treden de symptomen pas op als de tumor al is uitgezaaid. De gebieden waarnaar de tumor het meest uitzaait, zijn bot (meestal het bekken, de ribben of de wervels), de hersenen (symptomen: epileptische aanvallen, verwardheid, hoofdpijn of andere neurologische problemen), of het ruggenmerg (symptomen: pijn, gevoelloosheid, zwakte of incontinentie). Nadat de tumor is uitgezaaid, ontstaat vaak bloedarmoede.

Als de arts een vermoeden heeft van prostaatkanker, zal hij het bloed laten controleren op PSA-waarden en lichamelijk onderzoek doen (rectaal) om te voelen of er een (harde) knobbel in de prostaat zit. Terzijde: die PSA-waarden zijn voor menigeen een bron van stress maar kunnen enorm misleidend zijn. Wanneer er wel sprake is van normale waarden kunt je toch prostaatkanker hebben. En andersom: verhoogde PSA-waarden hoeven nog niet te duiden op prostaatkanker. De PSA-spiegels nemen met de leeftijd toe; alleen kanker versterkt die leeftijdgerelateerde toename. Ook kunnen de PSA-spiegels verhoogd zijn bij mannen met prostatitis (ontsteking van de prostaat) en BPH. Kortom, het is hooguit een indicator voor nader onderzoek.

Ik sla nu even het gedeelte over diagnostisering en behandeling van prostaatkanker over, omdat dan enerzijds mijn blog te lang wordt en anderzijds dit bij de meeste mensen wel bekend is. Dat geldt waarschijnlijk ook voor de reguliere aanpak die varieert van waakzaam afwachten tot bestraling, chemokuren, hormoontherapie of chirurgisch ingrijpen. Allemaal wel bekend. Maar kan de orthomoleculaire wereld hier nog iets aan toevoegen? Ik weet het wel zeker.

2. Wat zijn mogelijke orthomoleculaire remedies?

De orthomoleculaire visie op kanker wijkt sowieso af van het bestaande reguliere paradigma dat kanker komt door genen of genetische veranderingen. Men dacht dat als we ooit in staat zouden zijn om het menselijk genoom in kaart te brengen, de oplossingen zichzelf wel zouden aandienen. Helaas weer een staaltje ‘arrogantie van de mens’. Ieder jaar neemt het aantal sterfgevallen van kanker alleen maar toe, ondanks verwoede pogingen en massa’s tijd en geld voor onderzoek en nieuwe behandelingen. Ik schrijf dit niet cynisch, want het is echt een vreselijke ziekte en elke poging om deze ziekte te voorkomen, te behandelen of uit te bannen, juich ik net als iedereen toe. Ik mis echter de kritische reflectie op de kwestie of kanker wel een genetische ziekte is en geen stofwisselingsziekte. Stofwisselingsziekte? Ja. Uit een experiment waarin men celkernen (met DNA) van kankercellen in gezonde cellen plaatsten, bleven de cellen die daar weer uit voortkwamen gezond, dus ondanks een boze kern. Andersom werkte het niet. Een gezonde celkern plaatsen in een kankercel, leidde tot nieuwe kankercellen. Simpel verwoord betekent dit dat een beschadigd DNA een gevolg is van cellulaire schade in andere organellen, zoals bijvoorbeeld de mitochondriën of de celmembraam zelf en niet de celkern zelf. Het zou je aan het denken moeten zetten…

Maar nu terug naar de vraag: wat zouden orthomoleculairen doen aan prostaatkanker? Ik heb de volgende remedies voor je kunnen vinden:

Citrusschillen

Ik schreef er bij BPH al over: citrusschillen hebben effect op prostaatkankercellen dankzij anti-oestrogene en anti-aromatase-activiteit. Als je de wetenschappelijke onderzoeken in dit verband wilt lezen, klik dan op de noten. Deze noot [14] verwijst naar het effect van citrusschillen op borstkanker. En deze studie [15] naar het effect van citrusschillen op prostaatkanker. Over de situatie van rustende prostaatkankercellen (PC-3 en LNCaP-vormen) na een primaire behandeling, spreekt het volgende onderzoek.[16] Print de onderzoeken uit en bespreek het met je behandelend specialist. En ga vooral zelf direct aan de slag met citroenen, zoals ik al bij BPH schreef. Baat het niet, dan schaadt het zeker niet.

Zink

In een opvallende studie naar de rol van zink bij prostaatkanker en BPH, bleek dat er in beide gevallen sprake was van een aanmerkelijk lager zinkpercentage in weefsels, bloedplasma en urinezink/creatinine (verhouding). Bij prostaatcarcinoom was het gemiddelde weefselzink met 83% afgenomen in vergelijking met normale weefsels en bij BPH was er een afname van 63%! Het zink in het bloedplasma vertoonde een afname bij prostaatkankerpatiënten van 27% vergeleken met controles en een afname van 18% vergeleken met BPH. De urinezink/creatine (verhouding) was significant verhoogd tot 53% bij patiënten met prostaatkanker en met 20% bij BPH. De hamvraag is dan of BPH en prostaatkanker verlaging van de zinkstatus veroorzaken of dat de zinkstatus de aanleiding is voor prostaatkanker en/of BPH.[17] Gelet op wat ik eerder schreef over zink, vermoed ik dat je door prostaatkanker nog meer zink verliest door de tumorvorming waardoor ook schade aan omliggend weefsel wordt veroorzaakt. En dat kan weer leiden tot extra zinkverlies. Maar dat is mijn hypothese. Hoe het ook precies zit; begin met het innemen van een zinksupplement. Laat je adviseren welke je moet nemen.

Moringa

Ik ga niet herhalen wat ik bij BPH over Moringa schreef. Het lijkt mij in ieder geval een interessante optie om te proberen.

Vitamine D

Een studie uit 2018 liet een wezenlijk verband zien tussen bloedspiegels vitamine D en de sterfte aan prostaatkanker. Kijk zelf eens naar onderstaande indrukwekkende afbeelding.

 

In grafiek B zie je het verband tussen de bloedspiegels vitamine D (X-as) en de mortaliteit (sterfte) bij prostaatkanker (Y-as). Vrij vertaald komt het hierop neer dat een stijging van 20 nmol/l van je bloedspiegel vitamine D leidt tot een 9% lagere sterftekans. Stel dat je bloedspiegel nu 40 nmol/l is en je voert die op naar 180 nmol/l, dan daalt statistisch (en menselijkerwijs) de kans op sterfte met 63%. Dat lijkt me een uitermate moedgevend cijfer. En dan te bedenken dat dit redelijk eenvoudig te realiseren is. Lees de studie zelf maar.[18]

Vitamine E (tocotriënolen)

Hetzelfde geldt voor vitamine E en prostaatkanker. Ik heb het dan over een specifieke vorm van vitamine E met de naam tocotriënolen. Die tocotriënolen veroorzaken apoptose (geprogrammeerde celdood) en remmen angiogenese (het vermogen van kankercellen om bloedvaten te creëren voor voeding). Of het in alle gevallen van prostaatkanker effectief is, kan ik niet beoordelen, maar je oncoloog wel. Hier heb je de onderzoeken:

  1. https://onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1002/ijc.25546
  2. https://onlinelibrary.wiley.com/doi/abs/10.1002/ejlt.200700068
  3. https://dc.etsu.edu/etsu-works/15976/

De laatste noot verwijst naar een boek dat in mijn bezit is. Dus bel of mail gerust als je er meer over wilt weten. 

Niet doen?

Met testosteron verhogende supplementen, zoals de eerdergenoemde aromataseremmers zou ik terughoudend zijn omdat sommige tumoren hormoongevoelig zijn en door testosteron juist gaan groeien (anabool hormoon) en uitzaaien. Dat is ook de gedachte achter hormoontherapie: blok de productie van testosteron en andere hormonen, zodat de tumor in ieder geval daardoor niet gaat groeien. Deze hormoonablatie heeft wel wat bijwerkingen: opvliegers, botontkalking, verlies van energie, verminderde spiermassa, gewichtstoename door vochtretentie, verminderd libido, erectiele disfunctie en borstvergroting. Ik blijf het moeilijk te begrijpen vinden dat prostaatkanker juist ontstaat als de niveaus van testosteron dalen. Als ik dan ook nog lees dat de effectiviteit van hormoontherapie na verloop van tijd afneemt en de ziekte verergert, dan bekruipt me toch de vraag of dit nu de juiste benadering is. Bij mijn weten geldt bij hormoontherapie dat alle hormonen worden onderdrukt, maar eigenlijk zou je een vorm willen hebben die testosteron niet onderdrukt en de rest wel. Geen flauw idee of die bestaat. Maar beter iets doen, dan lijdelijk afwachten denk ik dan maar.

Tot slot

Prostaatproblemen variëren van lastig tot ernstig en zelfs levensbedreigend. Niet iets om luchthartig over te doen in ieder geval. Menig man wacht echter te lang om naar de dokter te gaan uit schaamte, gemakzucht, angst of wat dan ook. Allemaal zeer begrijpelijk, maar je zult de eerste niet zijn die te laat is gegaan. Stap over je gevoelens heen en ga naar je huisarts. Ben je al bekend met prostaatproblemen of zelfs prostaatkanker, wed dan niet op één paard (de reguliere medici), maar overweeg een parallelle aanpak. Want eerlijk gezegd vind ik de oplossingen van de reguliere medici nu niet echt overtuigend. Behoudens chirurgie dan. Anderzijds zou ik iemand met kanker nooit adviseren om dit alleen orthomoleculair aan te pakken. Daar zijn de mogelijke consequenties veel te groot voor. Niet doen dus. 

Disclaimer

Medische informatie wordt alleen verstrekt als informatiebron en mag niet worden gebruikt of vertrouwd voor diagnostische of behandelingsdoeleinden. De informatie is niet bedoeld als patiëntenvoorlichting, creëert geen relatie tussen patiënt en orthomoleculair adviseur en mag niet worden gebruikt als vervanging voor professionele diagnose en behandeling. Raadpleeg uw zorgverlener voordat u beslissingen over uw gezondheid neemt of voor advies over een specifieke medische aandoening. INNR B.V. is niet aansprakelijk voor enige schade, verlies, letsel of aansprakelijkheid op welke manier dan ook geleden als gevolg van uw vertrouwen op de informatie uit dit document.

 

[1] https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6238249/

[2] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/11223674/

[3] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/24836928/

[4] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/20553919/

[5] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/16516184/

[6] https://journals.sagepub.com/doi/full/10.1177/1178638818773072

[7] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/21079217/

[8] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/12131317/

[9] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/23673480/

[10] https://digitalscholarship.unlv.edu/cgi/viewcontent.cgi?article=1634&context=jhdrp

[11] https://karger.com/mpp/article-pdf/27/1/15/3126345/000486349.pdf

[12] https://www.nature.com/articles/srep25778

[13] https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7424038/

[14] https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8007834/

[15] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/23673480/

[16] https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/31169845/

[17] https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC3114577/

[18] Circulerende vitamine D-spiegel en mortaliteit bij prostaatkankerpatiënten: een dosis-respons meta-analyse - PubMed (nih.gov)

Terug naar blog